De eerste schilderijen die Ada schilderde waren in olieverf, ietwat somber en grijs. Ook de ontwerpen waren in grijstinten. Daarnaast maakte zij etsen op zink- of koperplaten waarin zij met zwarte inkt haar afbeeldingen vorm gaf. Er vond een grote verandering plaats in haar schilderstijl bij de geboorte van haar oudste dochter Roos. Vanuit praktisch oogpunt koos Ada ervoor om niet langer zwarte inkt te gebruiken.
Zij begon te experimenteren met andere verfstijlen. Na een experimentele onderzoeksperiode van een jaar heeft ze de techniek van werken met acrylverf haar machtig gemaakt en was dit haar middel van expressie geworden. Er kwam nu veel kleur in haar werk!
Een kleine toelichting op hoe de prachtige werken van Ada Breedveld tot stand komen:
Ada schildert dagelijks. Wanneer zij aan een nieuw werk begint, bepaalt zij allereerst het formaat van het doek. Dit doet zij aan de hand van een schets. De doeken waarop zij haar werk maakt zijn allen van universeel geprepareerd linnen. Nadat zij haar schets heeft uitgewerkt, brengt zij structuur aan op de doeken met een paletmes. Zij gebruikt hiervoor een modelleer Lascaux pasta. Deze pasta is uitermate geschikt voor een flexibele ondergrond en voorkomt scheuren en barsten in het doek. Door het gebruik van deze pasta ontstaat er structuur op het doek dat het werk levendig maakt. Het craquelé effect zorgt voor een levendige lichtval op het doek. Ook geeft dit effect het doek een mooie huid.
De pasta heeft een droogtijd van minimaal 24 uur. Hierna brengt Ada een neutrale verflaag aan en nadat deze verf gedroogd is begint zij met de schets van het werk op het doek. Deze schets maakt zij met een wit schoolbordkrijt. Hierna brengt zij de belangrijkste lijnen van de compositie met verf aan. Voor de meeste werken heeft Ada al bedacht welke kleuren ze wil gaan gebruiken en welke combinaties van kleuren op het doek zullen komen. Dit is het belangrijkste in haar schilderproces. De kleuren bepalen de sfeer. Ada beschouwt het als een uitdaging om telkens weer kleurencombinaties te maken die verrassend zijn. Met acrylverf brengt zij laag over laag de kleuren aan, om zo de kleuren te verdiepen. Soms kiest zij er ook voor om een onderschildering te maken in een contrasterende kleur, deze kleur blijft meespelen in de bovenlaag.
Het proces van het creëren van een schilderij is iets waar Ada helemaal in opgaat. Ze schildert dan ook nooit twee doeken tegelijkertijd. Ook staat de uitkomst van het werk niet vast. Van dag tot dag bepaalt zij hoe het werk zich verder ontwikkeld. Daarbij is de aanwezigheid van natuurlijk licht erg belangrijk. Zomers begint Ada al erg vroeg met schilderen om de hele dag van het licht gebruik te kunnen maken. In de winter maakt zij in de vroege ochtend schetsen of doet zij ander voorbereidend werk. Wanneer haar werk helemaal voltooid is behoeft alleen de titel nog. Deze zo toepasselijke titel heeft Ada niet van tevoren bedacht, maar valt haar in tijdens het schilderen.
Ada Breedveld (1944) beschouwt het leven als haar leerschool. Ze wilde al van jongs af aan kunstenares worden en zat niet op een academie of cursus. Breedveld heeft zichzelf het vak geleerd en beschouwt het leven als haar school. Van jongs af aan tekende ze wanneer ze kon.
Werkend vanuit haar atelier in Amsterdam, brengt ze haar kunst de wereld in. Een kleurrijke verzameling van kunstwerken, waaronder schilderijen, etsen en bronzen beelden. In de jaren zeventig begon Ada Breedveld met exposeren. Het surrealisme boeide haar, een kunstrichting waarbij niet de zichtbare werkelijkheid, maar de fantasie vanuit ons diepste innerlijk het uitgangspunt voor kunst moet zijn.
Gaandeweg vond ze haar eigen typerende stijl en thema: de imposante en aanwezige Vrouw. Die vrouw, kleurrijk, dansend, met glas in de hand en vogeltjes om haar heen in de lucht, is de ultieme levensgenieter.
Deze vrouw vormt het centrale punt in veel van haar kunstwerken en het maakt Breedvelds kunst zeer herkenbaar.Haar kunstwerken laten iets onwerkelijks, een droom zien, vol gevoel en beleving. Zelf zegt zij: ‘Schilderen doe ik al mijn hele leven.
De kwast is het verlengstuk van mijn gevoelsleven. Daarmee kan ik mij uitdrukken op de meest optimale manier. Het materiaal geeft mij de uitdaging om zo een wereld te scheppen, die de illusie wekt van een werkelijkheid. Een werkelijkheid die niet echt bestaat, maar wel als zodanig wordt ervaren. Zoals in een droom, het onwerkelijke als werkelijk beleefd wordt.’